Na het uiteen spatten van de beruchte dot-com bubble rond het jaar 2000, waarin aandelen van internetbedrijven dramatisch kelderden, schieten startups wereldwijd weer als paddenstoelen uit de grond. In dit nieuwe tijdperk van het sociale web, waar alles niet meer om websites draait maar om diensten, verdienen innovatieve bedrijven geld met een dienst op internet. Opvallend: ze vragen er helemaal niets voor.
De oorzaak van deze ‘weggeefeconomie’ ligt volgens Erwin Blom, mede-eigenaar van media-strategiebedrijf The Crowds, bij de consument die zich afzet tegen de gevestigde media. “Je moest haast een eigen drukpers hebben om iets te kunnen publiceren,” zegt Blom. Alleen mensen die het konden betalen konden informatie verspreiden. Met de diensten van het sociale web zoals blogs, sociale netwerken en Twitter, geven mensen hun kennis gratis weg op het internet. Volgens Blom doen ze dit om hun expertise te tonen of om als autoriteit op hun vakgebied gezien te worden. “Het vergaren van kennis werd dus gratis, bijna niemand wilde nog betalen.”
Ook Nederlandse startups bieden hun product voor niets aan. Voorbeelden zijn Mobypicture, Twones en Yunoo. Ondanks het succes van bijvoorbeeld Mobypicture, blijven de diensten grotendeels gratis. De vraag is op welke manier zij dan toch geld verdienen.
Model is bepalend
Er bestaan verschillende verdienmodellen die veel gebruikt worden om de website gratis beschikbaar te stellen. Zo is er ‘freemium’, een model waarbij je gebruik maakt van de uitgeklede versie van de website. Voor de volledige dienst moet je betalen. Ook is het laten zien van advertenties een veelvoorkomend model om winst uit een online bedrijf te halen.
Daarnaast zijn combinaties van deze verdienmodellen geen uitzondering. Erwin Blom noemt als voorbeeld Hyves, dat winst maakt met zowel het freemium-model (betaalde accounts) als advertenties. “Maar dat werkt niet bij iedereen.” Blom benadrukt dat een startup zich duidelijk moet richten op de doelgroep als het veel winst wil maken. “Als je bijvoorbeeld alleen advertenties toont op een website, dan moet het product óf voor een heel grote groep bestemd zijn, óf voor een heel kleine groep.” Op deze manier betalen adverteerders het meest en zijn de opbrengsten voor advertenties het grootst. Volgens Blom is doelgericht adverteren de sleutel tot online succes.
Internetondernemer Vincent Everts beaamt dit, maar doet het anders. December vorig jaar lanceerde hij Dik.nl, een website waar gebruikers filmpjes van verschillende websites kunnen verzamelen tot een eigen samengesteld kanaal. Dik.nl verdient vooral geld met het uitgeven van zogenaamde ‘white labels’, blanco versies van de online dienst die op maat te maken zijn voor bedrijven die ook een platform als Dik.nl willen. Uiteraard zonder reclame. “Met advertenties alleen valt geen droog brood te verdienen,” stelt Everts.
Maar niet alleen bedrijven maken op deze manier winst, ook individuen verdienen geld op internet. Blom: “Zelfstandige ondernemers stellen online gratis hun kennis beschikbaar. Zij verdienen door die aandacht geld met randactiviteiten zoals consultancy of het geven van presentaties.”
Of elke startup succesvol zal blijken, is nog maar de vraag. Populaire websites als Facebook en Twitter hebben nog steeds geen duidelijk businessmodel. Twitter maakt zelfs geen enkele winst. Daarom zijn investeerders volgens Everts sceptisch. Men kijkt nu des te meer naar het aantal klanten dat je op dat moment al hebt. Everts: “Voor bedrijven onder de oppervlakte wordt het hierdoor steeds moeilijker geld te krijgen.”
Geen inkomsten, maar toch alles weggeven? Gratis is dan wel de norm, maar zonder geld ben je nergens.